De mensen in China wisten al heel lang dat dinosaurussen vogels werden. Goudzoekers die door de Gobi woestijn trokken, vonden delen van skeletten van de Protoceratops en klauwen van een Therizosaurus. Het waren Dinosauriers die zo’n slordige 85 miljoen jaar tot 71 miljoen jaar geleden leefden. De goudzoekende nomaden kenden alleen geen dinosauriërs. Die waren noglang niet uit deze overblijfselen samengesteld. De nomaden leefden in de achtste eeuw voor Christus. Volgens de folkloristisch/ geschiedkundig en geomythologe Adrienne Mayor, (1), reconstrueerden zij een dier met een leeuwenkop. Het stevige schouderblad zou heel goed als aanhechting voor vleugel kunnen dienen. Ze vonden ook eieren. Die waren overigens niet van de dinosauriers afkomstig. De eieren behoorden een ander tijdperk en ander dier toe. De goedzoekers kenden wel leeuwen en vogels. Ze reconstrueerden een gevleugeld monster met leeuwenkop en klauwen : de griffioen. De naam betekent grijpvogel, en ze bedachten verhalen over hun leven. Ze waren de bewakers van het goud.
De huidige mens doet nog steeds onderzoek naar de leefwijzen van dino’s. De studie van de Amerikanen Edward Simpson en collega’s , gepubliceerd in het augustusnummer van het vakblad Geology, bevat veel overeenkomst en met het verhaal van de goudzoekers uit de achtste eeuw voor Christus. Er lijkt in die slordige 10.000 jaar minder veranderd dan we op grond van zo’n tijdspanne zouden verwachten.
Vertraagt verandering in de loop der eeuwen? Neemt de ruimtetijd kromming af voor een waarnemer over langere perioden?
Ik citeer: “In een cilinderachtige structuur van 23 cm diep en 10
cm breed in gesteente in de Amerikaanse staat Utah zijn klauwafdrukken
te herkennen die de onderzoekers herleiden tot een dinosauriër,
mogelijk van een individu van de Dromaeosauridae of Troodontidae
familie. Beide groepen zijn op vogels-gelijkende theropoden die op twee
voeten liepen en voornamelijk vlees aten. De dino’s hebben hun
achterpoten gebruikt om te graven. En ze groeven naar hun prooi, in dit
geval kleine zoogdieren. Dat dino’s graven was bekend, maar dat
ze naar hun prooi groeven niet. Dit onderzoek toont daarom een uniek
kijkje in het leven van een dinosaurus.” (2) Okee, het zijn
geen gevleugelde monstertjes als beschermers van goud, maar wel
“vogelsgelijkenden met klauwen.” Een
‘grijpvogel’ , die de schrik was van de kleine zoogdieren
in tunnels diep onder de grond. (3)
Hoewel de overgang van dinosauriërs naar vogels op een enorme transformatie duidt, worden veel overeenkomsten tussen hen waargenomen: drie tenen bijvoorbeeld of een eendensnavel, en ook in gedrag lijken beide diersoorten op elkaar. Misschien zijn we bij het bestuderen van skeletten sneller geneigd om overeenkomsten te zien dan verschillen. Om iets van onszelf en onze wereld te herkennen. Zou het door het bestuderen van skeletten komen? Botten lijken allemaal op elkaar. Dood gaan we op elkaar lijken. De een is langer dood dan de ander, dat wel. Als je eenzaam sterft en er is niemand die zich je herinnert, ben je kort dood. Enkel tijdens je ter aarde bestelling.Leonardo da Vinci is alweer heel wat langer dood. Het kan natuurlijk ook zijn dat geen spoor wordt nagelaten of als zodanig wordt herkend. Dan heb je als creatuur niet eens geleefd. Als je dood zijn dus al bereikt, dan lijkt het slechts een lengtemaat voor tijd te zijn. Toch lijken we niet alleen dood op elkaar. Er bestaat ook veel overeenkomst tussen het DNA van alle levende wezens. Wij verschillen in niks van een fruitvlieg waar het DNA betreft. Verandert het uiterlijk meer dan het innerlijk? Zijn het dan toch uiterlijke kenmerken die het verschil maken?
Drieduizend jaar voor Christus kwamen in de kunst uit het nabije oosten combinaties van vogels en zoogdieren voor. (4) Adrienne Mayor ging nog verder terug en ploos teksten uit beginnende bij fragmenten van de Arimaspea uit de zevende eeuw voor Christus en eindigde bij teksten uit de derde eeuw na Chr. Ze onderzocht de artsitieke representaties uit diezelfde 1000 jaar tijdspanne en probeerde zo de echte identiteit van de mysterieuze griffioen te achterhalen. (5) Ze toont aan dat de griffioenen via Griekenland en Italië naar de Zuidas zijn getrokken vanuit de Gobi en Takla Makan woestijnen, waar de Issedonische scythen leefden. Via de nomadische saka- scythen die die de Pontisch- Caspische steppe bevolkten en die vanaf ( in ieder geval) 700 jaar voor Chr tot aan 300 jaar na Chr levendige handel dreven met Grieken en de Romeinen, kwamen de griffioenen naar het westen. Het is precies het tijdperk waarin griffioenen het meest karakteristiek aanwezig zijn in de Griekse en Romeinse kunst en literatuur. (6)
Behalve een zijde - en pizzaroute bestaat er ook een griffioenroute. Een route over vliegende zoogdieren. En een route over dino’s die vogels werden. Alle wijsheid komt uit het oosten. Ook nu nog. Net ten oosten van de fossiele vindplaatsen van de Griffioenen zijn in de Chinese provincie Liaoning in 2005 fossielen gevonden die in detail laten zien dat die oude scythen het helemaal bij het rechte eind hadden door uit dinosaurus botten vogels (griffioenen) te laten ontstaan. Dino’s kregen een miljoenen jaren durende make - over en werden vogels . De fossiele dino’s uit Liaoning zijn 120 miljoen jaar oud en zo goed bewaard gebleven dat de kleinste veertjes soms nog zichtbaar zijn.(7) Deze dino familie van de griffioen bevindt zich nog steeds een heel eind van de Zuidas af. Dichterbij, uit het Maastrichtse krijt kennen we een volgende stap in de evolutie: een jonge soort echte ”dino vogels", maar nog wel met een bek vol vlijmscherpe “dinosaurus”tanden (7) In het natuurhistorisch museum van Maastricht is zo’n vroege vogel en tand nog steeds te zien.
vogelbotten
Je moet het wel weten, want dat tandje doet mij geenszins aan een vlijmscherpe dinosaurustanden denken. Eerder aan een rattentand. |
Wanneer een dino een vogel wordt is een diffuus gegeven. Veren hadden dino ’s ook al en vogels bezaten tanden. “In zestig miljoen jaar tijd veranderen dino’s met klauwen, tanden en een vacht, in vogels met veren en een snavel. Vacht wordt veer en arm wordt vleugel. De Chinese fossielen tonen dat stukje evolutie in ongekend detail.” (7)
Toen ik in 1975 in de houten collegebanken van het Geologisch Instituut zat, werd ik gewaarschuwd voor vondsten die de perfecte 'missing link' voorstelden. "Wacht u voor fossielen, die bevestigen wat de wetenschap reeds vermoedt. Altijd," sprak deze paleontoloog, "blijkt dat op fraude gebaseerd. Of als ik het aardiger uitdruk: wishful thinking. Er" - daarbij keek hij ons doordringend aan - " hangt een groot prijskaartje aan!!!! Men krijgt er veel onderzoeksgeld door. Men ziet gewoon wat men wil zien en reconstrueert precies een beeld zoals de onderzoeker denkt dat het bewijs geleverd wordt. Als je lang naar iets op zoek bent, vindt de oplosing uiteindelijk jou, let maar op," vervolgde hij. "Dit komt," oreerde hij met bulderende stem, en ik zweer je, we werden allemaal een maat kleiner," omdat de mens degenereert. Hij" - in die tijd bestond de geschreven en gesproken taal slechts uit hij - "wordt steeds stommer. Het bewijs vind je in de geschiedenis van het skelet van de mens en die van de kaaklijn in het bijzonder." Hij toverde een dia van een filmster tevoorschijn . Zo'n man met een kuiltje in de kin. Het is waarschijnlijk overbodig om hier te vermelden dat de paleontoloog dit zelf niet bezat. " Een kin waar vrouwen zo idolaat van zijn." Opeens bestonden er wel vrouwen. Hij wees op de terugtrekkende kaak." Het bewijs van achteruitgang! En dat, dames en heren, is allemaal te leren door het bestuderen van skeletten van species in de tijd. Leer van de paleontologie en vermenigvuldig u niet! U, als levend bewijs van achteruitgang. Help de evolutie te versnellen!!!"
Ik zie dino’s in sommige vogels. Zijn ze allemaal wel de grens overgetrokken? Weten we dat zeker? Meeuwen stappen in Amsterdam parmantig rond vuilniszakken, alsof ze de wereld nog volledig onder controle hebben. Als ze met hun snavels in de zakken pikken, roept het onmiddellijk een beeld van zo’n agressieve dinosauriër uit Jurassic parc op. Heeft de film met zijn dino-filmsterren dit effect op mij? Of had ik het voor de verschijning van deze film ook al? Op een camping kwam eens een, in de vakantie achtergelaten, tamme kraai aangevlogen. Hij zette zich neer op het hoofd van mijn dochtertje, die een verrukkelijke vakantie had door dit onverwachte vriendje. Ik probeerde mijn angst en wantrouwen te onderdrukken.Tja angst is mijn 'middle name.' Velen waarschuwden mij dat tamme kraaien ogen uitpikken. Tenminste, als ze glinsteren. Hij ziet er kraaltjes in. En de ogen van mijn dochter straalden!
Hitchcock gebruikte in Birds een meeuw en kraaien die ons vanuit de lucht ineens aanvallen. Er gaat iets heel dreigends uit van zijn vogels, ook als ze er niet zijn. De kunstenaar Martijn Hendriks is langzaam maar zeker alle vogels uit de Hitchkock film aan het verwijderen. In de blauwe overgebleven lucht valt af en toe een hapering of een gat. Het blijft heel dreigend overkomen. Hoe roept mijn hoofd dat beeld op?
Martijn Hendriks, wiens werk mij mateloos intrigreert, speelt voortdurend met dit gegeven. Bestaat zwarte materie? Hij legt over een beeld van een man in zijn atelier een witte driehoek. ( Uit de expositie Smooth structures, Smart Space, 2010)
In een ander beeld van de man wordt de witte driehoek langzaam, beeld voor beeld een zwarte driehoek. De foto van de man is grijs gepixeld, hij staat iets voorover gebogen en het is net of de man op de foto dit veroorzaakt. Ik ken die foto. Het kwartje valt na een tijdje. Een foto van Bruce Nauman. Een wereld beroemd plaatje van een wereld beroemde kunstenaar, die onderzocht of acties ruimtes produceren. Veel werk in de beeldende kunst verwijst naar andere kunstenaars of de kunstgeschiedenis. Die werken of geschiedenis weet je ( of hoor je te weten, zeiden ze op de kunstacademie) en daarmee ligt de link in het beeld besloten. Maar als ik het nu niet wist. Als ik die link gemist had, had ik dan zijn verwijzing naar zwarte materie begrepen? Hoe zie je zijn werk zonder dat je die links herkent? Als een man die een groot papieren vliegtuig aan het vouwen is?
Je kunt je afvragen waarom Hitchkock en Daphne du Maurier (wiens verhaal Hitchcock vefilmde) deze vogels als bedreigend zagen. En waarom de film zo aansloeg. Was het door de 'special effects', of zit er in onze genen toch iets overgeleverd, zodat het gedrag van vogels beelden/ verhalen oproept over bloeddorstige, geklauwde monsters? Zitten beelden en verhalen in onze genen opgeslagen? Zit die dino-vogel in mijn atomen? Of ligt de (zintuigelijke) ervaring in het object of subject besloten wat het beeld oproept? Zitten die elementen in de vogels zelf? Zenden die iets uit wat door de evolutie heen in hen bewaard is gebleven? Kunnen beeltenissen van vogels door evolutie geselecteerde ervaringen doorgeven? Als je zoekt, zal je het vinden.(jump)